Ramon Martinez Gion: “Alsjeblieft, draag vandaag iets paars"
Ramon Martinez Gion vertelt op Paarse Vrijdag over zijn ervaringen ten tijde van zijn coming out, toen hij een teamgenoot in vertrouwen kon nemen. “Hij heeft mij enorme support gegeven.”
Vandaag is het Paarse Vrijdag, een initiatief van de Gender & Sexuality Alliance (GSA). Ieder jaar kleuren op de tweede vrijdag van december de scholen in Nederland paars. GSA zet zich in voor seksuele- en genderdiversiteit als norm. Zo geeft Draisma Dynamo-libero Jeffrey Klok een gastcollege, net als andere BN’ers waaronder tv-presentator Humberto Tan en voetbalster Merel van Dongen.
Passer/loper Ramon Martinez Gion werd in 1990 in Amsterdam geboren, groeide op in Almere en de hoofdstad. Zijn volleybalopleiding genoot hij bij Omniworld in Almere, ging daarna naar Harderwijk om te spelen bij VVH en won later bij Landstede Zwolle zeven prijzen, waaronder het landskampioenschap in 2014. Daarna deed hij clubs aan in België, Duitsland, Turkije, Griekenland, Frankrijk, China, Verenigde Arabische Emiraten en Engeland. Nu speelt hij bij het Franse Cambrai waar hij afgelopen weekend topscorer was met 23 punten.
We spreken met Ramon over zijn coming out, de steun die hij in de volleybalwereld ontving én over zijn Instagram-account, waarmee hij zijn standpunt uitdraagt.
Ken je Paarse Vrijdag?
“Ik ben bekend met het verhaal en het standpunt erachter. Ik ben nu al zo’n acht tot tien jaar in het buitenland aan het volleyballen. Op Paarse Vrijdag ben ik nooit in Nederland en in het buitenland doen ze daar niet overal wat mee, zoals in China of Dubai. In mijn jeugd en in mijn opleiding als volleyballer vond ik het jammer dat ik er zelf niet wat mee heb kunnen doen, of iets van heb meegekregen. Ik steun het, om de jonge lichting, nu ik langzamerhand wat ouder word, te helpen met iets wat ik gemist heb.”
Hoe is het in jouw schooltijd geweest?
“Als kind lijkt alles wel gewoon te zijn voor je. Je weet niet wat goed of fout is, je weet niet wat wel of niet hoort. Alles komt uit eigen ervaring, het was voor mij dus ook iets wat ik heel normaal vond. En als je op meisjes viel of op jongens, of verkering vroeg vroeger, dat was toch al een taboe en heel geheimzinnig. Het was op de basisschool niet zo heel anders, ik hield me er niet zo mee bezig. Ook omdat ik verlegen was en sowieso heel stil.”
Heb jij een echte coming out gehad?
“Nee, dat was maar goed ook. Ik vond het als tiener al niet leuk om aandacht te krijgen, of om het middelpunt van de belangstelling te zijn. Ik was altijd heel bescheiden en stil. Mijn coming out begon met een goede vriend binnen de volleybalvereniging. In die tijd was online chatten op MSN heel populair, we spraken elke dag met elkaar. Ook over problemen en het kwam gewoon een keer ter sprake. Ik typte het als het ware met mijn ogen dicht, zo spannend om die eerste stap te zetten.”
Waar speelde je toen?
“Dat was in Harderwijk, bij VVH. Ik was vijftien of zestien, ik kwam op de leeftijd dat je het allemaal wat meer gaat beseffen. Langzaam kom je erachter dat je die stap wel moet zetten, ook psychologisch. Ik vond iemand uit het team echt superleuk. Met hem had ik ook die goede klik, wij chatten vaak online. Ik kon bij hem mijn ei kwijt.”
Hij was ook degene op wie je verliefd was?
“Ja, en dat heb ik uiteindelijk dan ook verteld. Stap voor stap hè, haha. In die periode hebben we twee jaar samengespeeld en als ik het me goed herinner was na ongeveer acht maanden mijn coming out. En het jaar daarop heb ik verteld dat ik gevoelens voor hem had. En beide werden echt super luchtig opgevangen. Hij begreep het compleet. Helaas draaide het nergens op uit, maar het was wel enorme support die mij heeft geholpen in die tijd. De eerste persoon waar je het tegen vertelt, dat geeft zelfvertrouwen. Ik snap dat als de eerste ervaring negatief is het je ervan weerhoudt om het dan toch maar door te vertellen aan je ouders. Mijn eerste ervaring was superpositief en dat heeft me zeker gemotiveerd om het door te zetten naar mijn familie en andere vrienden toe.”
Hoe belangrijk is het om die steun te hebben?
“Het klinkt wel allemaal heel dramatisch en erg, dat je steun nodig hebt. Want voor mij is dit heel klein nieuws. Ik vergelijk het altijd met dat iemand zou zeggen dat hij van aardbeien houdt en een ander niet. Het is een persoonlijke voorkeur. Niemand kan daar wat aan doen. Het zou gewoon eenvoudig geaccepteerd moeten worden, maar helaas is dat niet zo.”
“Dus steun, ja. Omdat ik er zelf super nuchter naar kijk, vind ik dat ik die steun niet per se nodig heb. Het is zoiets onschuldigs in mijn leven. Ik zou het in mijn eentje ook overleven. Maar het is heel fijn dat je bij iemand je verhaal kwijt kan. Dat je het niet tien jaar voor jezelf hoeft te houden of dat je het eng vindt om te delen. Het betekent wel veel op die manier.”
Je bent er altijd heel open over geweest, is jouw openheid van invloed geweest op je carrière?
“Ik zou zeggen dat het eigenlijk geen invloed heeft gehad op mijn carrière. Ik krijg genoeg aanbiedingen nog steeds uit Iran, Irak, Saoedi-Arabië en Qatar. Die volgen mij ook allemaal op Instagram en die volgen ook het nieuws. Ik kan er gewoon prima open over zijn en toch blijven de deuren openstaan voor mogelijkheden om clubs te vinden en mijn carrière voort te zetten.”
Het is ook in de landen waar je hebt gespeeld nooit een probleem geweest?
“Nee, niet echt. Ik ben wel voorzichtig met hoe ik me uit op de plek waar ik speel. Ik ben altijd een rustig en respectvol persoon. Ik weet dat ieder land zo zijn culturen heeft, dat respecteer ik. Ik heb daar nul problemen gehad. Ik ben ook altijd open voor teamgenoten als ze vragen stellen. Ik ben toch een beetje vertegenwoordiger geworden voor de jongens uit zo’n land die er nul ervaring mee hebben. Het is niet meer zo ouderwets als vroeger. Via internet komen ze toch overal achter. Het zijn superhetero jongens allemaal, maar ze hebben toch vragen. ‘Hoe is jouw jeugd gegaan, heb je last van dit en dat?’ Dat vind ik altijd leuk om over te praten als ik die vragen krijg.”
Hoe is de volleybalwereld daarin?
“Ik vind dat de volleybalwereld super open is. Als ik het kan vergelijken met voetbal, waar het allemaal nog enorm taboe is. In de top van de Serie A in Italië zijn een of twee spelers homoseksueel. Ze zijn er gewoon open over. Ze spreken zich niet online uit, dat is hun keuze, maar het is niet zo dat ze in de kast zitten. In Nederland ken ik er een paar die uit de kast zijn. Ik vond altijd, ook in mijn jeugd in het volleybal, dat het een sport is die sowieso al heel open is. Allemaal nuchtere jongens. Iedereen moet ernaast werken, of doet een opleiding. Sterallures zijn er niet. Dat vind ik vooral belangrijk. Ik heb nog nooit een team gehad waarbij ik het idee had dat ik niet mezelf kon zijn.”
Het Instagramaccount @ramonmartinezgionpr, is dat van jou?
“Ja. Ik had altijd een persoonlijk Instagram-account waar ik mee gestopt ben meer dan een jaar geleden. Ik was niet meer zo’n fan van social media. Maar ik vond het belangrijk om seksualiteit in topsport en volleybal te vertegenwoordigen. Om te laten zien dat het open is, maak je niet druk. Ik heb van de zomer dit account gemaakt. Ik wil er een standpunt vanuit mijn perspectief bieden. Als ik maar een persoon ermee kan helpen dan is het voor mij al meer dan genoeg.”
Hoe zou een vereniging of medespelers kunnen helpen om acceptatie te vergroten?
“Luisteren naar die persoon van wie de coming out is. Wat de wensen daarin zijn. Het enige wat je kunt bieden is support en een luisterend oor. De persoon van wie de coming out is heeft als het ware voor 't zeggen. De ene wil er wel een standpunt van maken, de ander houdt het liever voor zichzelf. Dat het team het wel weet, maar liever niet een heel groot verhaal er omheen.”
Hoe zou je kunnen reageren op dat er bijvoorbeeld gescholden wordt?
“Ik hoor het ook nog wel regelmatig hoor. Voor mij persoonlijk doen woorden geen pijn. Ik vind het eerder teleurstellend als iemand zoiets zegt. Dan zeg ik iets als: ‘ik had je hoger ingeschat’. Het blijft sowieso enorm laag om te schelden.”
Wat zou je lezers van dit artikel willen meegeven?
“Als je iets paars hebt, alsjeblieft, pak het en draag het. Laat zien dat je een luisterend oor hebt voor eventueel vrienden of familie die in de kast zitten. Dat jij open bent en klaar voor hen staat. Het hoeft niet zo te zijn dat ze je meteen aanspreken, maar ze zullen het zien. Het betekent veel voor de mensen in de kast.”