Ik denk dat ik leuker ben als ik mezelf mag zijn
Sociale veiligheid

Ik denk dat ik leuker ben als ik mezelf mag zijn

Gepubliceerd op 10 oktober 2022

Jaarlijks vindt op 11 oktober Coming Out Day plaats. Op deze dag besteden we aandacht aan het uit de kast komen; het moment dat LHBTIQ+mensen uitkomen voor hun seksuele geaardheid of genderidentiteit.

Ook de Nevobo hecht veel waarde aan een inclusieve sport en ziet Coming Out Day als een belangrijk moment om nog eens te benadrukken dat er voor iedereen, ongeacht geslacht of seksuele voorkeur, plek is in de (volleybal)wereld. We spreken met beachvolleyballer Mees Sengers, inmiddels achttien jaar oud en speler van Jong Oranje bij Beach Team Nederland, die de Coming Out Day van drie jaar geleden aangreep om via zijn Instagram-account te laten weten dat hij op mannen valt.

“Het heeft wel even geduurd voordat ik hardop tegen mezelf kon zeggen dat ik op jongens viel”, begint Sengers. “Natuurlijk weet je het op een gegeven moment, maar ik accepteerde het nog niet meteen. Toen die acceptatie er eenmaal was, wilde ik het zo snel mogelijk tegen iedereen zeggen. Mijn familie en een paar echt goede vrienden vertelde ik het persoonlijk, maar in je netwerk zitten natuurlijk een heleboel mensen die je er niet zomaar een-op-een over spreekt. Daarom dacht ik: Coming Out Day komt eraan, op die dag plaats ik het lekker op Instagram en dan weet iedereen het. Direct daarna komen alle reacties en vragen, maar dan ben ik er vanaf.”

Uitzondering bevestigt de regel

Sengers had als vijftienjarige nog een Instagramaccount dat alleen zichtbaar was voor mensen van wie hij had toegestaan dat ze zijn berichten konden zien. “En toch weet je dat het rond zal gaan in de volleybalwereld. Het is opeens een ‘ding’, maar dat vond ik prima. Ik was eigenlijk helemaal niet bezig met wat anderen ervan zouden vinden. De acceptatie in het volleybal is best wel hoog.” Helaas bevestigt de uitzondering nog altijd de regel. Hoewel Sengers nog steeds maar nauwelijks last heeft van tegenstanders of supporters die hem uitschelden of verwensingen toeroepen, blijft ook hij niet helemaal gespaard. “Het is een paar keer voorgekomen dat een anoniem iemand mij via sociale media de dood toewenste omdat ik op mannen val. Ik kan goed relativeren, maar dat raakt je wel. Waarom gebeurt dat? En vooral: wat vindt de anonieme persoon zó erg aan het feit dat ik op jongens val? Ik denk dat ik leuker ben als ik mijzelf mag zijn, dan wanneer ik elke dag moet doen alsof ik mij wel tot meiden aangetrokken voel.”

Hoewel Coming Out Day voor Sengers destijds het ideale moment was om zijn seksuele voorkeur wereldkundig te maken, vindt hij het jammer dat een dergelijke dag nog steeds nodig blijkt. “Waarom zou je het überhaupt moeten vertellen als je geen hetero bent? Homoseksualiteit zou geen taboe moeten zijn. Nu dat nog wel zo is, is extra aandacht voor het onderwerp natuurlijk goed. Heel veel mensen maken onbewust grapjes of opmerkingen met het woord ‘homo’, ook in de kleedkamer of op het veld. Enerzijds is het positief dat ze hun opmerkingen niet bewust maken, anderzijds is het juist kwalijk dat het er zo is ingeslopen. Ik heb mijzelf volledig geaccepteerd, kan er grapjes over terug maken, maar het is vervelend voor degenen die nog twijfelen over op welk geslacht ze vallen of nog in de kast zitten. Ik snap wel dat je er niet voor uit durft te komen als jij die ene homo bent waarover telkens grapjes worden gemaakt.”

Sleutel tot acceptatie

Aandacht voor het onderwerp is volgens Sengers de sleutel tot meer acceptatie. Ook voor verenigingen ziet hij hier wel een rol in weggelegd. “Vroeger vond ik het verschrikkelijk als een trainer ons als team bij elkaar riep en zei: ‘jongens, we gaan niet met ‘homo’ schelden’. Dat is veel te geforceerd en werkt juist averechts. Een trainer zou er iets van kunnen zeggen op het moment dat iemand een grapje maakt, dat is beter. Toen mijn teamgenoten eenmaal wisten dat ik uit de kast was gekomen, merkte ik dat ze zich steeds beter realiseerden hoe gemakkelijk en gedachteloos ze zulke grappen maakten. Uiteindelijk gingen ze elkaar zelfs corrigeren.”

Regenboogband

Zelf draagt Sengers waar mogelijk ook zijn steentje bij aan de bewustwording. Hij speelt met een regenboogband om zijn arm en schuift altijd aan voor interviews of een podcast. “Ik wil mensen graag helpen en inspireren. Natuurlijk zou er eigenlijk een heel jaar lang aandacht voor het thema moeten zijn, in plaats van slechts rondom en op één dag. Er zijn namelijk genoeg anderen met dezelfde ervaringen, daar ben ik inmiddels echt wel achter. Met de regenboogband wil ik laten zien dat je als homo gewoon kunt sporten waar en op welk niveau je wil, dat je mag zijn wie je bent. Gelukkig is dat meer en meer het geval, maar tegelijkertijd is er nog een hoop te verbeteren. In Nederland, maar zeker ook in sommige andere delen van de wereld. Het kan nog zoveel leuker en beter met elkaar, zonder dat iemand zich ‘anders’ hoeft te voelen. Als ik met dit interview ook maar een persoon heb geholpen of een iemand heb laten inzien dat de grapjes en opmerkingen niet normaal zijn, dan teken ik daarvoor.”